De Milk Maker moet voor het eerste gebruik geijkt worden en de concentratieverhouding moet aangepast worden op de gebruikte melkpoeder soort. Het gewicht van 1 afgestreken maatschepje staat op de verpakking van het melkpoeder vermeld.
Voor het ijken van de Milk Maker heeft u een weegschaal en een beker of glas nodig. Zorg ervoor dat de watertank en de poederbak gevuld zijn en de deksel van de poederbak goed gesloten is. De Milk Maker hoeft maar 1 keer geijkt te worden. Alleen als er overgestapt wordt op een andere melkpoedersoort of als de Milk Maker verplaatst of getransporteerd wordt, moet de Milk Maker opnieuw geijkt worden. Let op! Verplaats de Milk Maker nooit wanneer deze ingeschakeld is.
Concentratieverhouding
De fabrieksinstelling van de Milk Maker is ingesteld op een concentratieverhouding van 30 ml water met 4,5 gram melkpoeder. Verhoog of verlaag de concentratieverhouding: druk twee keer op de MENU knop. Op het display verschijnt C2 45 (dit geeft de concentratie aan van 4,5 gram melkpoeder op 30 ml water). Verhoog of verlaag de concentratie met de +/- knoppen. Bijvoorbeeld, als een afgestreken maatschepje van uw melkpoeder 4,8 gram op 30 ml water is, drukt dan op de + knop tot 48. Schakel de Milk Maker uit en zet weer aan om de instellingen op te slaan.
U kunt meestal bij de ingrediëntenlijst op de verpakking van uw poeder vinden hoeveel gram een afgestreken maatschepje weegt. Mocht dit niet het geval zijn, dan kunt u uw schepjes wegen. Ons advies is om een keukenweegschaal met een bakje erop op 0 te zetten en dan 10 afgestreken schepjes in het bakje te doen. Het getal op de weegschaal vult u in bij C2.
Melkpoeder ijken
Plaats geen fles in de Milk Maker en verwijder de mengbak. Houd de START knop ingedrukt om C3 weer te geven. Bij C3 staat rechts een getal. Dit getal kunt u negeren. Dit getal moet zometeen aangepast worden naar het gewicht van het melkpoeder dat de Milk Maker bij het ijken zal geven.
Houd nu een glas zo hoog mogelijk in de Milk Maker en druk op START om het eerste melkpoeder op te vangen. Deze hoeveelheid is een test hoeveelheid en mag u weggooien of teruggooien in de poederbak. Plaats daarna het lege glas op de weegschaal, zet deze op gram (indien nodig) en op 0. Plaats het glas in de Milk Maker en druk op START om een tweede hoeveelheid melkpoeder op te vangen en te wegen. Schrijf dit getal eventueel op zodat u dit niet vergeet.
Leeg het glas en plaatst deze opnieuw op de weegschaal en zet deze op 0. Plaats het glas weer in de Milk Maker, druk op START om een derde hoeveelheid melkpoeder op te vangen en te wegen. Het tweede en het derde gewicht moeten overeenkomen. Een kleine afwijking van 1 gram is acceptabel.
Pas het getal, dat rechts van C3 staat, aan naar het gewicht van het melkpoeder dat u gewogen heeft. Bijvoorbeeld als het tweede en het derde gewicht beide 16 gram is, past u het getal met de +/- knoppen aan naar 16. Indien het gewicht 1 gram afwijkt, kunt u het gewicht van de derde weging invoeren. Schakel de Milk Maker uit en zet weer aan om de instellingen op te slaan.
Water ijken
Het water wordt op dezelfde manier geijkt als het melkpoeder. Dit is mogelijk, omdat water de enige vloeistof is waarbij 1 gram gelijk is aan 1 ml. Plaats geen fles in de Milk Maker en verwijder de mengbak. Houd de START knop ingedrukt om C3 weer te geven. Druk op de MENU knop tot C1 verschijnt. Bij C1 staat rechts een getal. Dit getal kunt u negeren. Dit getal moet zometeen aangepast worden naar het gewicht van het water dat de Milk Maker bij het ijken zal geven.
Plaats de mengbak weer terug in de Milk Maker, plaats vervolgens een glas in de Milk Maker en druk op START om het eerste water op te vangen. Deze hoeveelheid is een test hoeveelheid en mag u wegdoen. Plaats het lege glas op de weegschaal, zet deze op gram en op 0. Plaats het glas in de Milk Maker en druk op START om een tweede hoeveelheid water op te vangen en te wegen. Schrijf dit getal eventueel op zodat u dit niet vergeet.
Leeg het glas en plaats deze opnieuw op de weegschaal en zet deze op 0. Plaats het glas weer in de Milk Maker, druk op START om een derde hoeveelheid water op te vangen en te wegen. Het tweede en het derde gewicht moeten overeenkomen. Een kleine afwijking van 1 gram is acceptabel.
Pas het getal, dat rechts van C1 staat, aan naar het gewicht van het water dat u gewogen heeft. Bijvoorbeeld als het tweede en het derde gewicht beide 98 gram is, past u het getal met de -/+ knoppen aan naar 98. Indien het gewicht 1 gram afwijkt kunt u het gewicht van de derde weging invoeren. Schakel de Milk Maker uit en weer aan om de instellingen op te slaan.
De Milk Maker is geijkt en klaar voor de bereiding van een flesje melk. U kunt nu in de melkmodus een flesje melk bereiden door, na het instellen van de gewenste temperatuur en het watervolume, op de START knop te drukken. De hoeveelheid melk in ml kunt u controleren aan de hand van het voedingsschema op de verpakking van het melkpoeder dat u gebruikt.